Onlangs gingen er mensen dood.
Dit gebeurt wel vaker. Het schijn inherent te zijn aan het leven.
Van leven ga je dood.
Soms is hij mooi op tijd. Dat je net de deur op een kier zet en dat hij er dan precies is.
Maar vaak komt hij ook onverwacht. Te vroeg. Vaak.
En soms vergeet hij wel eens een afspraak. Komt hij te laat. Of, nou ja, later dan gewenst. Want één ding is zeker: van uitstel komt geen afstel.
Van leven ga je dood.
Normaal gesproken is de dood vaak ver weg. Is het iets waarvan je weet dat het er is, maar waar je tegelijkertijd niet bewust mee bezig bent.
Je hart slaat. Je ademt. Het gaat bijna vanzelf, dat leven.
Maar nu kwam het ineens dichtbij. Niet zo dicht dat hij als een vriend naast me kwam zitten. Maar wel zoals die ene kennis, die je zo af en toe op een verjaardag ziet. De kennis die het altijd zo goed weet. De betweter.
Van leven ga je dood.
Terwijl ik in bed lig luister ik naar mijn ademhaling. Ik voel mijn borst op en neer gaan en hoor mijn hartslag met een dof klinkend geluid het bloed door mijn aderen pompen. Ik hoef er niks voor te doen. Het gaat vanzelf. Een rustgevende en tegelijkertijd onheilspellende gedachte. Want je bewust worden van iets waar je geen controle op hebt, is als in een waterval springen en niks anders kunnen dan je met de stroom mee laten glijden.
De stroom van geboorte naar leven naar…
Beneden wordt een plaat opgezet. Klanken en klinkers vullen de kamer. Ik laat mijn adem en hartslag voor wat het is en luister:
Het leven is tijdelijk en de dood is onvermijdelijk
Maar stel dat je niet dood kon gaan
Dan had je stomweg niet bestaan
Wees blij dus dat je straks mag sterven
En laat het je leven niet bederven*
Van leven ga je dood.
En jij ook.
En ik ook.
*Klein Orkest – Over 100 jaar
Het is de kunst om het je leven niet te laten bederven inderdaad.
LikeLike