In het pennenbakje op de eettafel ligt een briefje. ‘Leuke dingen doen lijstje’ staat erop geschreven.
Op bezoek bij oma.
Een dagje musea hoppen in Amsterdam (ein-de-lijk naar het nieuwe Rijks!)
Etentje organiseren voor de ouders.
Paar dagen naar Zeeland.
Een lijstje gemaakt in drukke ambitieuze tijden. In tijden waarin vrije tijd schaars en de weekenden al weken vooruit drukdrukdruk waren.
Het lijstje moest ervoor zorgen dat we in de waan van de dag de leuke dingen niet zouden vergeten. En met name niet moesten vergeten te plannen.
Want dat is het met leuke dingen; ze leggen het vaak af tegen de minder leuke dingen die op de een of andere manier meer noodzaak hebben om gedaan te worden. Hoe en door wie dat is besloten, dat mag Joost weten, maar ik heb zo mijn vermoedens dat dit een patroon is dat is gestart bij de vroege opvoeding.
Eerst een boterham met kaas, dán pas een boterham met hagelslag.
Eerst je kamer opruimen, dán pas met vrienden buitenspelen.
Eerst koppijn krijgen van je belastingaangifte, dán pas live een uitzending van Kopspijkers bijwonen.
Achter twee zaken van het lijstje staat een krul. Een teken dat ze al dan niet gedaan, gepland of geregeld waren.
In dit geval staat door die twee zelfde zaken ook een streep. Een teken dat ze ondanks de voorgenomen planning toch niet door konden gaan.
Eerst corona, dan leuke dingen doen.
Mag ik dan nu een boterham met hagelslag?
een appelgebakje mag je ook !
LikeLike