‘Wat ben je aan het doen?’
‘Mmm…niks.’
‘Je bent de boeken weer recht aan het leggen hè?’
‘Niet.’
‘Wel.’
‘Niet.’
‘Jawel, ik zag het.’
‘Nie..Ja, ok ok! Maar ik snap dan ook niet waarom waarom jij die boeken zo op één grote stapel schots en scheef neer kwakt op die tafel. Het is toch een kleine moeite om ze even over twee gelijke stapels te verdelen en netjes recht te leggen?’
‘En dan het liefst van groot naar klein?’
‘Nou, als het even kan wel ja.’
‘En als het niet kan?’
‘Hoezo?’
‘Neuh, niks.’
‘Ja ja, vast. Ik weet heus wel dat je mij een tikje autistisch vind, maar ik kan gewoon niet begrijpen hoe jij sommige dingen gewoon níet kunt zien!’
‘Zoals wat?’
‘Nou, zoals jij je afwas op het aanrecht zet bijvoorbeeld.’
‘Wat is daar mis mee dan?’
‘Wat is daar mis mee?! Alles! Iedere ochtend opnieuw sta ik jouw compositie van zwervende vaatstukken verdeeld over het gehele aanrecht op te stapelen, zodat er aan het einde van de dag in ieder geval nog iets van ruimte is om eten klaar te maken.’
‘Nou ja. Ik ruim altijd alles netjes op!’
‘Niet waar.’
‘Je bedoelt: Niet waar volgens jouw manier.’
‘Das toevallig anders wel de meest efficiënte manier.’
‘Sinds wanneer is bordjes voor de afwas op grootte sorteren efficiënt?’
‘Nou, sinds ik dat zeg.’
‘…’
‘Ja, sorry. Ik vind dat gewoon fijn. Ik word er gewoon blij van als het allemaal zo netjes opgeruimd staat.’
‘Nou, gelukkig maar. Heb ik in ieder geval een blije autist in huis.’
‘Als je het netjes opstapelt wel ja.’
‘Wees maar niet bang. Ik zal mijn leven als vuile vaatkunstenaar beteren.’
‘Fijn! Enne…zou je me in dat geval nog één klein plezier kunnen doen?’
‘Wat dan?’
‘Even dat theekopje een kwart slag draaien ?’
‘Zodat het label netjes naar voren staat?’
‘Ja. Dank je.’